Steeds grotere generatiediversiteit
In veel organisaties neemt het aantal 50- en 60-plussers steeds meer toe. Deze trend zal voorlopig sterk doorzetten. Dit door de toename van de hoeveelheid babyboomers (geboren tussen 1945-1960) en meer recent de toename van generatie X (geboren 1961 -1980). Ook kwam de pensioenleeftijd hoger te liggen waardoor er op oudere leeftijd wordt uitgestroomd. Er is al veel geschreven over de verschillende generaties. Variërend van positief tot negatief verschijnen zeer diverse omschrijvingen van de verschillende generaties regelmatig in de media. Niet alleen de kwaliteiten van de generaties staan ter discussie, ook de tijdsoverspanning van de diverse generaties wisselen. Als ijkpunt neem ik hier de generaties grofweg geboren voor en na de komst van de PC. Natuurlijk zijn de opdeling en de omschrijvingen algemeen gesteld. Allemaal zijn we bekend met mensen die niet binnen deze beschreven profielen passen.
De analoge generatie
A. Analoog opgroeien
Deze mensen werden geboren toen internet nog niet bestond. Zij waren getuigen van de opkomst van de PC, het internet en alles wat daarop volgde. Leren omgaan met computers leek voor hen eerst nog een keuze, waar zij zich wel of niet aan konden verbinden. Tijdens hun studie werd de PC geïntroduceerd en vaak nog zeer beperkt ingezet. Toen met het verstrijken van de tijd duidelijk werd dat de PC en het internet onvermijdelijke zaken in het leven en werk werden, moesten zij zich hiertoe verhouden en zich deze vaardigheden eigen maken. Het tempo en enthousiasme van deze generatie om in de materie te duiken laat een grillig patroon zien. Waar de één een wereld van nieuwe mogelijkheden en kansen zag, was de ander terughoudend en probeerde zijn oren en ogen nog lang te sluiten voor de nieuwe digitale wereld, die om hen heen steeds meer aanwezig werd. Of het nu ging met weerstand of enthousiasme, deze generatie maakte zich de digitale wereld eigen. Het leren van de vaardigheden zou voor hen meestal lastiger zijn omdat zij deze eenvoudigweg niet met de paplepel ingegoten kregen.
B. Analoge en andere kwaliteiten
Dit zijn vaak mensen met een sterke loyaliteit en verantwoordelijkheidsgevoel. Het zijn meestal stabiele krachten die veel inhoudelijke inbreng kunnen hebben. Deze mensen hebben veel werk en levenservaring die zij bewust of onbewust inzetten op hun werkplek. Om deze reden kunnen ze vaak goed relativeren en daardoor makkelijk contacten leggen en relaties uitbreiden en verdiepen. Hun realisme maakt dat zij politiek en strategisch handig zijn. Misschien doen ze het wat rustiger aan dan de jongere generaties, maar dat staat het afleveren van gedegen werk niet in de weg.
De digitale generatie (native digitals)
A. Digitaal opgroeien
Deze mensen zijn geboren en opgegroeid in een tijd dat de PC en internet een feit waren. Tijdens hun opleiding en privé was de digitale wereld voortdurend aanwezig en groeide samen met hen steeds groter. Tijdens dit groeiproces leerden zij stapsgewijs de mogelijkheden en uitbreidingen van het internet en de bijbehorende apparatuur. Onderling vergeleken zij de mogelijkheden van hun nieuw smartphones en discussieerde zij of Netflix of HBO de betere keuze was. Zij keken naar en in de nieuwste snufjes zoals de smart glasses en omarmden of verwierpen deze. Zij volgden bloggers op de voet en deden dit later met de vloggers. Voor hen was elke nieuwe mogelijkheid een logische volgende stap. Het verhouden tot de digitale wereld was bij hen vooral een steeds uitbreidende kennis en vaardigheid, waarbij het leren een aanvulling op de al bestaande kennis was.
B. Digitale en andere kwaliteiten
Deze mensen zijn gewend om in een maatschappij te leven die 24 uur per dag aan staat. Ze zijn goed in het volgen en beheren van informatiestromen. Ook kunnen ze deze goed filteren. Ze zijn erg actief en kunnen zeer snel en breed contacten leggen. Deze generatie houdt vooral van doen. Niet praten maar poetsen dus. Ze houden van multi-tasken en vinden het vaak ook leuk om meerdere pannetjes op het vuur te houden. Dit maakt ook dat het belangrijk is ze te blijven boeien en uitdagen. Misschien is er hier en daar wat gebrek aan verdieping vergeleken met de oudere generatie, maar ze zijn enthousiast en willen graag leren.
De kracht van het multi-generatieteam
Wanneer je naar bovenstaande generalisaties kijkt worden de punten waarbij de generaties elkaar kunnen aanvullen snel duidelijk. Een multi-generatieteam dat zich bewust is van deze aanvullende elementen kan hiermee flink aan kracht en slagvaardigheid winnen.
Als organisaties oog zouden hebben voor de diverse generaties die zij een werkplek bieden en gericht gebruik maken van de specifieke kwaliteiten die generatiegebonden zijn, zouden zij daar een sterke aanwinst mee krijgen: zij hebben dan een multi-generatieteam op volle kracht.
Van generatiekloof naar generatieklik.
Wederzijds mentorschap waarbij mensen van verschillende generaties aan elkaar gekoppeld worden kan hierbij sterk behulpzaam zijn. Je laat dan mensen zelf en samen ontdekken wat de waarden van deze verschillen zijn, hoe zij deze het best kunnen inzetten en waar nodig ze elkaar hierin kunnen aanvullen. De wederzijdse beïnvloeding heeft ook een bestendigende impact op de onderlinge relaties en het gevoel van verbinding in een team.
De generatiekloof is dan een leuke uitdaging die het voor iedereen extra interessant maakt om samen aan dezelfde kant te staan.